Emma, portret van een meisje in balans

Aandachtig observeren in de schoolpraktijk

Emma heeft nu twee thuizen. Haar ouders zijn sinds de zomer gescheiden. Ze praat daar opvallend opgeruimd over. Het is voor meester Arjen Tabak aanleiding om eens vaker zijn aandacht te richten op haar handel en wandel in de groep. Emma – zo ziet hij – hoort niet bij de populaire meisjes, maar ze is duidelijk en geaard. Ze praat en speelt met iedereen. In bondige pennenstreken tekent Arjen een levendig kindportret op.
Door Arjen Tabak

Sinds deze zomer heeft Emma twee thuizen. Haar ouders zijn gescheiden. Ze heeft verteld over de kleuren die ze bij haar moeder op de muren smeert. Geen roze meer. Taupe heeft ze de klas verteld: dat is de kleur die je op de muur hebt als je dadelijk naar het voortgezet gaat. De andere meiden knikken er voorzichtig bij. Ook de meiden die wereldwijs lijken. Emma lijkt beide thuizen als haar plek te zien: in hoe ze erover spreekt, maakt ze geen onderscheid tussen de nieuwe en de oude, vertrouwde plek. Ze heeft er gewoon twee. Misschien dat daar een essentie van haar kracht zit: ze is fantastisch in het accepteren van de situatie.

Ze hoort niet bij de populaire meiden. De meiden die met vlammende ogen vooroplopen. Die hard kunnen lachen in de gang.

Ze hoort niet bij de bollebozen die het leren makkelijk, te makkelijk afgaat. Ze leert voor topo en is helemaal blij met een cijfer boven de acht. Ze roept niet luid hoe stom het was dat ze Bordeaux en Parijs heeft verwisseld. Ze kent haar tafels. Al vond ze het laatst moeilijk te geloven dat er behalve 3 x 8 meer keersommen waren die 24 opleverden. “O ja …”, zei ze beteuterd. En nog gleed haar vinger over de tafelkaart: op zoek naar andere keersommen die 24 opleveren.

Af en toe denk ik aan iets op het autistische spectrum. Maar dat verwerp ik weer als ik haar het spelletje ‘Smeltende sneeuw-sjoelen’ zie uitvinden. Ze verzamelt dan meiden om zich heen die meedoen.

Ze is ook het meisje stil zit te luisteren als het in de klas gaat over luchtballonnen. De volgende dag verrast ze ons met een zelf-geknutselde luchtballon.

Emma speelt met iedereen. En iedereen speelt met Emma. Ze is vaak het enige meisje op een jongensverjaardag. Ze kan eindeloos praten over ‘unicorns’. Maar ze praat net zo makkelijk mee met de jongens over FIFA. Ze geeft me de indruk dat ze het allemaal even leuk vindt.

Ze blijft me verbazen. Emma. Hoe doet ze dat toch? Ze lijkt sommige dingen niet te horen: er wordt echt wel eens wat over haar gezegd. En soms zegt ze heel kort wat terug: “Wat stom!” was haar korte en bondige reactie op iemand die haar uitschold. En omdat de hele klas het daarmee eens was, was dat genoeg.

In één ding is ze heel sterk: ze komt haar afspraken helemaal 100% na. Ze verwacht het ook van anderen. En omdat Emma dat van hen verwacht, doen ze dat (meestal) ook. Is dat haar geheim?

Elke keer denk ik: ik moet Emma in de gaten houden. Ik praat met haar of geef schrijfopdrachten waarin zij, en alle anderen, worden uitgenodigd wat meer te vertellen. Dan komt er wel wat, maar niet veel. De scheiding beschrijft ze als het probleem van Pappa en Mamma. Misschien heeft ze enorm goed leren balanceren tussen haar ouders. Is het een overlevingsstrategie.

Maar steeds meer zie ik dat ze van zichzelf een meid in evenwicht is. Een meid die zich gewoon snel thuis voelt. Dat denk ik.

Columnist Arjen Tabak kent de basisschoolpraktijk van vele kanten. Meer dan twintig jaar was hij stamgroepleider. Vorig jaar had hij een groep 3; dit jaar is hij meester in groep 7. De naam ‘Emma’ is een pseudoniem.

Jenaplan-kindportret: het kindportret (of in uitgebreide versie: kindbiografie) is een begrip dat je misschien vandaag wat minder hoort, maar in artikelen van jenaplanners als Ad Boes en Anite van Oijen kom je het regelmatig tegen. Het schetsen van een beeld van een kind in zijn hele ontwikkeling vond al plaats op Petersens oefenschool in Jena. In Het Kleine Jenaplan, spreekt hij over het schrijven van ‘karakteristieken’, voor ouders en voor de kinderen zelf (Petersen, 1927, Ned. vertaling 1985, pp. 72-76). Het is een goede gewoonte om je aandacht bijvoorbeeld tijdens een blokuur of een pauze regelmatig te richten op een individueel kind en te oefenen om ‘het hele kind’ te zien, voorbij gedrag of prestaties.

Foto meisje op brug: Pexels (creative commons)
Foto rijp op tak: Geert Bors

 

0 reacties

Reageer op dit artikel

Direct contact met de redactie?

Geert Bors, hoofdredacteur Mensenkinderen: mensenkinderen@njpv.nl